Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten, Dimitri Verhulst (Contact)

Evert Nicolai (Standaard, Antwerpen) | 25 april 2012

Verhulst is een rasechte Vlaamse wielerfanaat. Met zijn Monoloog herbeleeft hij de laatste dagen van wielerlegende Frank Vandenbroucke, die in dit verhaal de naam Jens De Gendt draagt. Door de ogen van het luxehoertje Seynabou, dat de twijfelachtige eer had de laatste momenten van de wielrenner op te fleuren, vertelt Verhulst over de vrolijkheid en vernedering van de Vlaming in Senegal. ‘Het valt niet mee om Senegalees te zijn. Of hoer.’ Met oog voor de sociale tragiek – Verhulst mag zich steeds meer chroniqueur van de marginale medemens noemen – glijdt hij door het verhaal als een mes door warme boter in een land waar het klimaat even heetgebakerd is als de dienaars van de wet. De novelle is wederom een ode aan de bekrompen, trotse, eigenzinnige Vlaming. Monoloog van iemand die het gewoon werd tegen zichzelf te praten, het zou de titel kunnen zijn van de autobiografie van elk van ons. De stoel op de kaft nodigt dan ook uit om te gaan zitten. Als u durft, tenminste.

Log snel in of word abonnee van Boekblad
  • Dit artikel bevat nog minimaal 0 woorden
Nog geen abonnement op Boekblad?

Profiteer van onze voordelige abonnementen.

Nu abonnee worden